Herstel heischrale graslandsoorten: Rozenkransje in Drenthe

Herstel heischrale graslandsoorten: Rozenkransje in Drenthe

Rozenkransje heeft het zichzelf niet makkelijk gemaakt. Om succesvol zaad te produceren zijn niet alleen bestuivers nodig maar ook voldoende mannelijke en vrouwelijke planten. Doordat populaties kleiner worden, verdwijnen er planten uit de populaties en kan het zomaar gebeuren dat er alleen vrouwen of alleen mannen overleven. Dit is helaas de situatie bij het Rozenkransje in Drenthe: er zijn alleen nog vrouwen over. De huidige standplaats is nog steeds van goede kwaliteit; dat is dus niet het probleem. Zonder mannen in de buurt is het voor de vrouwen echter lastig om nakomelingen te maken.

De zaden zijn uiterst klein en worden met hun zaadpluis redelijk goed verspreid, maar niet over grotere afstanden van meerdere kilometers. Contact door middel van zaad- of stuifmeelverspreiding tussen zeer verspreid liggende resterende populaties, zoals op Texel en Schiermonnikoog, is momenteel vrijwel uit te sluiten. Hierdoor kan de Drentse populatie zich niet goed meer kan uitbreiden en ook geschikte plekken die door beheermaatregelen zijn ontstaan niet meer kan bereiken. Actie is nodig om deze soort voor Drenthe te behouden.

Voorkomen in de rest van Nederland

De enige grote, levensvatbare metapopulatie van het Rozenkransje bevindt zich bij Bergen aan Zee. Op de andere locaties is het ook kwakkelen. Op Schiermonnikoog komt Rozenkransje ook nog op een paar plekjes voor. Alhoewel het om zeer kleine populaties gaat, staan er meestal wel een paar mannen en vrouwen bij elkaar en worden er nog steeds kleine hoeveelheden zaad gevormd. Op Texel komt de soort in 2014 nog op drie plaatsen voor: één met alleen vrouwen, één met alleen mannen en één met enkele vrouwen met maar één man. Bij Blaricum willen de planten door konijnenbegrazing ook al niet echt tot bloei komen en in Meijendel heeft in 2014 geen enkel rozet gebloeid.

Maatwerk

Sinds 2014 wordt er gewerkt aan de uitbreiding van Rozenkransje in Drenthe. Binnen het het project wordt aandacht besteed aan zowel de genetische aspecten van de populatieversterking  als de kwaliteit van de standplaats.

Inmiddels zijn zo’n 8000 zaden op drie locaties uitgezaaid. Ondanks de droge winter van 2016/2017 zijn er inmiddels zeer kleine rozenkransje-plantjes waargenomen op de drie locaties.

 

 

 

Rozenkransje en heischraalgrasland in Drenthe (2016) Gerard Oostermeijer, Sheila Luijten, Maaike Weijters en Roland Bobbink. De Levende Natuur 117 (1): 22-27

Herintroductie van Rozenkransje in Drenthe, radiofragment Vroege Vogels 23 oktober 2016

 

Meerwaarde

De opgedane kennis binnen dit project levert belangrijke bijdragen voor herstel van de biodiversiteit van heischraal grasland in Nederland.

 

Dit project wordt uitgevoerd in samenwerking met:

 

 

 

 

Dit project wordt financieel mogelijk gemaakt door:

 

 

en met de medewerking van:

Vastgoed defensie, Natuurmonumenten, PWN, Staatsbosbeheer